Een rijke Georgiër

Laat ik maar meteen met de deur in huis vallen. Nee, er is geen puissant rijke Georgiër bij ons Alliance Veteranen langsgekomen en dus moeten we het doen met dezelfde ‘magere’ selectie als vorig seizoen. Dat dit weer zal resulteren in dotten van kansen, maar weinig goals, in knullig uitverdedigen en ongelukkige tegengoals, in veel balbezit, maar weinig resultaat, moge duidelijk zijn. Maar, niet getreurd, we staan er weer en we gaan er voor.

Op papier heb je wellicht het beste team, want zeg nou eerlijk; iemand, als onze Fred, die én kan keepen én kan voetballen, dat is een vergelijking waard met de grote JC van weleer. Onze eigen sleurende en schoffelende Lerby, vinden wij terug in Willem. Het slangenmens Rensenbrink? Jeroen Spee lijkt een regelrechte kopie. En ga zo maar verder. En dan heb ik het nog niet eens over mijzelf. Ik houd mijn zoon Dirk menigmaal voor, dat als hij maar goed blijft trainen, opletten en bovenal luisteren naar zijn vader, hij wellicht kan uitgroeien tot een voetballer, die zijn eigen vader nu is. Zie de verbetenheid van de jongen om daar aan te willen beantwoorden. Nee, de jeugd is nog niet verloren!

Wel verloren gegaan in onze selectie is Martin Peys en dat is te betreuren. Mits fit, was Martin een rots in de branding in onze verdediging. Helaas was zijn fitheid gemeten in aantal wedstrijden over het hele seizoen, gelijk aan de rechterhand van een ongelukkige houthakker. Het zij zo. Een vervanger voor hem is opgestaan in de persoon van Bastiaan, weliswaar een spits, maar zonder rijke Georgiër, moet je een gegeven paard nooit in de bek kijken. Per saldo zijn we dus in de ‘breedte’ ook niet gegroeid. Martin, fiets met veel plezier je rondjes op zondag, maar houdt de achillespezen, kuiten, knieën en hamstrings heel en mogen wij je nog dikwijls langs de lijn zien staan om ons aan te komen moedigen of uiteraard om te vlaggen.

Met een spits erbij, wordt het dringen geblazen in onze voorhoede en is de kans groot dat een multifunctionele speler als bijvoorbeeld ikzelf vaker vanuit achterin kom te opereren, i.p.v. mijn geliefkoosde rechterflankje voorin. En Gerard misschien als noeste rechtsback of John als dartele linksbuiten en Toon als spelverdeler op het middenveld. Het zou zo maar kunnen, met al onze veelzijdigheid. Maar enfin, ook als libero kan ik uit de voeten, immers ben ik gezegend met een prachtige trap en een dito spelinzicht. ‘Kalk’ in het hoofd komt regelmatig voor bij mensen van mijn leeftijd, dus een beter iemand om de lijnen van achteruit uit te zetten is nauwelijks denkbaar.

Maar genoeg over mijzelf. Een goed verstaander weet trouwens, dat dit soort vormen van praatjes voortkomt uit onzekerheid en dat is inderdaad bij mij niet anders. Speel ik mij niet in de basis, dan lul ik me er wel in, zal ik maar zeggen. Ik weet als geen ander dat ik behoor tot die grijze middelmaat, die niet of nauwelijks opvalt of het moet in de derde helft zijn. In het koppie maak ik de mooiste passeerbewegingen en geef ik de fraaiste voorzetten, maar de werkelijkheid leert helaas anders. En eigenlijk geldt dat wel voor allen. We zijn oud(er) aan het worden en het lichaam doet niet helemaal meer wat de geest wil. Maar wat houden we lol in dat spelletje en wat willen we graag en dat is dan de jeu van dit Veteranen team.

Om niet helemaal lui vanuit de stoel aan de competitie te beginnen, staat er een oefenduel op het programma tegen de ‘Voetballende Vaders’. Het fijne aan oefenen is dat je aan elkaar went, het gewenste spelsysteem erin slijpt en je zodoende klaarstoomt voor de competitieaanvang. Voor ons geen van dit al, want voor ons is het meer bedoeld om de eerste en vaak ergste spierpijn alvast te overwinnen. Als ook dat een zomaar ongelukkig opgelopen rode kaart door bijvoorbeeld Lex niet meteen resulteert in een 8-wedstrijden schorsing. Het is immers maar oefenen. Helaas blijft het alweer een tijdje stil rondom het wel of niet oefenen en rijst bij mij de vraag of de voetballende vaders misschien nu al uitgevoetbald zijn?

Vooralsnog scheelt het dan dat ik niet met meer dan stramme ledenmaten nu al languit op de bank lig, alwaar ik de wedstrijd nog eens overpeinzend mogelijk zou moeten concluderen, dat ik bijzonder hard mijn best moet doen om me dit seizoen in de basis te lullen. U hoort van mij.