VVC-er Ed

Daar stonden we weer op het terrein in Nieuw Vennep, klaar om nu het 2e veteranen team tegemoet te treden. Ondanks wederom een nipte nederlaag, was voor mij de wedstrijd van een memorabel gehalte.

De wedstrijd was één minuut oud, toen mijn directe tegenstander met een onbetamelijk harde boer mij zijn aanwezigheid kenbaar maakte. De avond daarvoor was er kennelijk zwaar gesnackt door deze jongeling, die ik hier gemakshalve Edje zal noemen. Edje, omdat dat lekker bekt en bovendien ook nog eens vele toepasselijke rijmvarianten met zich meebrengt; Edje Kroketje, Edje Kadetje of gewoon Ed Patatje Met! Maar natuurlijk noem ik ook zijn echte naam niet om mogelijke represailles, 100 snackbezoeken en 50 pizzakoeriers later, ergens in de 2e helft van het seizoen dus, van deze Ed voor te zijn. We kunnen natuurlijk niet hebben, dat Ed bij het betreden van het Alliance terrein op zoek gaat naar ene FriterArie!

Zijn tweede boer sprak boekdelen. De lokale snackbar gebruikte voldoende knoflook in de satésaus of was behoorlijk scheutig met de knoflooksaus bij de kipcorntjes geweest. De derde boer verraadde ook de nodige pilsjes. Alles wat daarna nog kwam, daar was ik inmiddels immuun voor geworden. Het vervelende was wel, dat ik danig onder de indruk was geraakt van deze verschijning en dat ging ten koste van mijn eigen spel. Sterker nog, ik was zo geïmponeerd door deze niet-voetballende kolos, dat ik net als hij, geen bal raakte. Ik voelde mij door Ed als het ware uit de wedstrijd geboerd!

Zaterdagavond; Achmed en Mohammed, de Nieuw Vennepse Pieten van Friet, zitten wat troosteloos voor zich uit te staren. Het is rustig, eigenlijk te stil voor een zaterdagavond. Ach en Moham hebben weinig ‘med’ verkocht en ook weinig ‘zonder’ deze avond en besluiten het vet maar uit te zetten en de hete plaat met een doek af te nemen. Maar dan zwaait de deur open en daar staat Edje. Fris en monter om zijn genoten pilsjes bij het biljarten in Café ’t Hoekje eens lekker weg te gaan knagen. “Colaatje van het huis”; roept Achmed Ed toe, wetende dat suikers de trek versterkt! Mohammed draait het vet weer aan en vraagt; “Van alles weer één, mijnheer Ed?”. Zien eten, doet eten en binnen geen tijd zit de snackbar tjokvol en zo redt Ed in één klap de hele weekomzet!

Inmiddels blijft het spel zich volledig aan mij voorbij trekken, maar blijven mijn ogen gericht op Ed. Ed rent überhaupt niet en knalt heel af en toe een bal naar voren. Één keer schiet hij van afstand op goal, maar de laatste keer dat hij daar succesvol mee was, was hij volgens mij nog een aandoenlijk gezette D-pupil. Wel praat Edje erg veel en als hij praat, is daar altijd de associatie met zijn eetlust; Wij Alliancers worden uitgemaakt voor pannenkoeken, zijn eigen rechtsbuiten is een egoïstische pizzabakker en de scheids zo nu en dan een koekenbakker! Maar ook is Edje heel gemeen en dat vind ik dan weer jammer. Zijn hele team weet dat, heeft er vrede mee en zo wordt Ed met zijn capriolen wekelijks in het veld gedoogd. Wel staan altijd vier lokalen langs de lijn in zijn buurt om hem tot rust te manen; “Niet doen, Ed”, “Kom op Ed, blijf voetballen”, “Edje laat nou”, klinkt het dan. En dat vindt Edje fijn, want op zondag doet hij er kennelijk toe!

De thee in de rust gaat aan mij voorbij. In gedachte bevind ik mij in de kleedkamer van VVC. Ed graait nu ongetwijfeld een familiepak Mini-Mars uit zijn tas en de wikkels dwarrelen één voor één langs zijn dikke kuiten op de grond. Als de kleedkamer weer leeg raakt voor het spelen van de 2e helft, kan je zo precies zien waar Ed gezeten heeft.

Ik sta nog wel in het veld, maar doe allang niet meer mee of het moeten de twee corners zijn, die ik mag nemen. Bij de eerste worstel ik meer met de cornervlag, dan dat ik de bal naar behoren op Gerard zijn stropdas leg. En ook de tweede genomen, is weer niet op de stropdas, maar doet ons wel de das om. Gelukkig spreekt men in de verdediging van ‘geen rugdekking geven’ en gaat men voorbij aan het feit dat mijn abominabel getrapte hoekschop de voorzet inluidde voor het beslissende tegendoelpunt.

Terug naar de kuiten van Ed. Boven zijn rechter kous steekt het bovenste stukje van een tatoeage uit. Met enige verbeelding, ontwaar ik in deze blauwe streepjes, kleine patatjes friet. Het liefst ruk ik in een flits zijn kous naar beneden, om te kijken of daar onder inderdaad een getatoeëerde puntzak op zijn kuit prijkt. Ook zijn onderarm is voorzien van een tatoeage, maar deze is geen afbeelding, doch eerder een spreuk. Het lettertype kan ik niet duiden en ik zie dus ook niet wat er nu staat. Toch meen ik iets van Gotische letters er in te zien of misschien wel iets Keltisch. Zou Ed eens een voetbalwedstrijd in Engeland of Schotland bezocht hebben en na het nuttigen van een paar flinke pints, deze tatoeage hebben laten zetten? En wat zou het betekenen, wat zou er staan? Volgens mij staat er dan, als je het vanuit het Keltisch naar het Engels vertaalt; Fish ’n Chips!

De wedstrijd is ten einde en weer verlaten we hier het veld met een nederlaag; 4-3. Na de douche, aan tafel in de kantine komen de Johan Derksen, Hugo Borsten en Jan van Halsten in ons boven. Wijsheid komt met de jaren. Het lag ook nu weer gewoon aan ons zelf; een voorsprong van 2-0 weer zo schlemielig verkwanselen, dat moet er eens uit! Ruud loopt alvast vooruit op de zaken en legt de opstelling onder de loep. Ruud spreekt steevast over het aanvalsduo; Gerard en Bas. Hoe kan je nou verliezen met zo een koningskoppel in de voorhoede, houdt hij ons voor. Lex oppert dat ook Arie in de voorhoede stond. Meewarig kijkt Ruud mij even aan en gaat gewoon weer verder met zijn betoog over onze voorhoede ‘Gerard en Bas’. Inderdaad, hij heeft gelijk, vandaag deed ik niet mee, met dank aan Ed!

VeterArie